Gasunie vervoert restwarmte van Rotterdamse haven naar Den Haag
Bron: Archidat Bouwinformatie
10 september 2019
DEN HAAG – Staatsbedrijf Gasunie gaat leidingen aanleggen om restwarmte uit de Rotterdamse haven naar Den Haag te vervoeren. Dat meldt minister Eric Wiebes (Economische Zaken) in een brief aan de Tweede Kamer.
Voor het warmtenet in Zuid-Holland is in 2019 15 miljoen euro gereserveerd. Voor de periode tussen 2020 en 2030 trekt Wiebes 75 miljoen euro uit. Bij volledige aanleg van het net in Zuid-Holland kan het kabinet 2 tot 3 megaton CO2 besparen.
Gasunie ziet voor zichzelf ook een nieuwe rol als warmtetransportbeheerder. Het bedrijf richtte zich voorheen vooral op het vervoeren van gas vanuit Groningen, maar daar wordt de gaskraan geleidelijk dichtgedraaid.
De ontwikkeling van de warmetransportleidingen betreft een belangrijke stap in de realisatie van het regionaal warmtetransportnet in Zuid-Holland. Eneco draagt haar project in zijn geheel aan Gasunie over en wordt gebruiker van een deel van de transportcapaciteit. De warmtetransportleiding wordt een gereguleerd transportnet waarop verschillende aanbieders van bronnen en vragers van warmte op basis van transparante voorwaarden kunnen aansluiten, met Gasunie als de voorziene onafhankelijk warmtetransportbeheerder. Hierdoor kunnen naar verwachting meerdere duurzame warmtebronnen tot ontwikkeling worden gebracht.
De precieze uitgangspunten voor het warmtetransportbeheer zullen in de Warmtewet 2.0 worden vastgelegd. In het Klimaatakkoord is afgesproken dat deze wet vanaf 2022 in werking treedt.
Regionaal warmetransportnet
De transportleidingen zijn onderdeel van een groter regionaal warmtetransportnet. Dat net bestaat uit aan elkaar gekoppelde transportleidingen die o.a. gemeenten als Rotterdam, Den Haag, Delft en Leiden van warmte kunnen voorzien. Met de aanleg kan restwarmte uit het Rotterdams havencomplex nuttig worden aangewend voor de warmtevoorziening in de gebouwde omgeving, glastuinbouw en industrie. De verwachting is dat er, ook met het verduurzamen van productieprocessen, op langere termijn voldoende restwarmte vrijkomt in de Rotterdamse haven om te voldoen aan de vraag. Tegelijkertijd zullen steeds meer lokale duurzame bronnen beschikbaar komen en toegevoegd worden aan het warmtesysteem in de regio.