Huursombenadering aangepast, huurverhoging gematigd
Bron Woonbond.
5 februari 2016
Minister Blok kiest ervoor om de huursombenadering aan te passen. Pas op 1 januari 2017 wordt de huursombenadering ingevoerd zoals afgesproken in het Sociaal Huurakkoord. Tot die tijd mag de huursom niet verder stijgen dan 0,4% boven inflatie. Wel blijft de inkomensafhankelijke huurverhoging in 2016 van kracht. Dit blijkt uit de bespreking van de Wet Doorstroming Huurmarkt in de Tweede Kamer.
De maximale huurverhoging voor huurders wordt op dezelfde manier bepaald als de afgelopen jaren. De inflatie is 0,6%, waardoor de maximale huurverhoging per woning neerkomt op 2,1%. Bij corporaties wordt de gemiddelde huurverhoging beperkt tot 1%. De inkomensafhankelijke huurverhoging wordt in 2016 2,6% en 4,6%. Die telt in 2016 niet mee in de huursombenadering.
De inkomensafhankelijke huurverhoging blijft van kracht als de wet op tijd wordt aangenomen. De uitspraak van de Raad van State dat de Belastingdienst de gegevens nooit had mogen afgeven zal dan geen effect meer hebben. Of het mogelijk is om de huurders te compenseren voor ten onrechte afgegeven inkomensverklaringen in voorgaande jaren wordt nog onderzocht door de Woonbond.
Minister Blok kiest ervoor om de huursombenadering aan te passen. Pas op 1 januari 2017 wordt de huursombenadering ingevoerd voor de corporatiesector, zoals afgesproken in het Sociaal Huurakkoord. De harmonisatie is echter nog niet opgenomen in het vastgestelde percentage van 0,4% boven inflatie dat in 2016 geldt. Omdat de harmonisatie pas op 1 januari 2017 wordt opgenomen in de huursombenadering, roept de Woonbond huurdersorganisaties op om voor 2016 in te zetten op een inflatievolgende huursomstijging.
Vanaf 2017 gaan andere percentages gelden voor de huurverhoging. Dan is de huursombenadering volledig van kracht, die in de corporatiesector de gemiddelde huurverhoging flink afremt. De huur per woning kan dan stijgen met 2,5% of 4% voor huurders met een wat hoger inkomen.
Twee groepen worden vanaf 2017 uitgezonderd van inkomensafhankelijke huurverhoging: gepensioneerden en gezinnen vanaf vier personen. Het Nibud toonde aan dat gezinnen met kinderen nauwelijks een huur van 600,- euro kunnen betalen, ook al zijn ze volgens de wet scheefwoner. De Woonbond vind het goed dat deze onrechtvaardigheid na vier jaar wordt aangepast.
Tijdelijke huurcontracten
Het lijkt erop dat de Tweede Kamer ervoor kiest om tijdelijke contracten niet alleen voor één jaar, maar zelfs voor twee jaar mogelijk te maken. Voor onzelfstandige woningen komt die limiet zelfs op vijf jaar te liggen. Een huurder krijgt bij zo’n tijdelijk contract wel de mogelijkheid om tussentijds op te zeggen, iets wat in het wetsvoorstel eerder ontbrak. Ook komen er tijdelijke contracten speciaal voor jongeren en promovendi, naar het voorbeeld van campuscontracten voor studenten. Ook woningen speciaal voor grote gezinnen kunnen zo’n contract krijgen, maar dan moet er wel een vervangende woonruimte zijn als zij hun woning moeten verlaten.
Komende dinsdag stemt de Tweede Kamer over het voorstel.